Liefhebbers van spinning opgepast: laat vooral je bloed niet onderzoeken na een zware training. De dokter zou je zo kunnen laten opnemen omdat hij denkt dat je net een hartaanval hebt gehad! Onderzoek van Zweedse wetenschappers laat zien dat een klein uurtje zweten op een fiets leidt tot een verhoogd niveau van bepaalde hartenzymen, vergelijkbaar met een hartaanval.
Wanneer iemand met hartklachten bij de dokter komt, worden van een aantal stoffen (biomarkers) in het bloed, onder andere van het hartenzym troponine T, de niveaus gemeten. Wanneer iemand een hartaanval heeft gehad, ontstaat er onherstelbare schade aan hartspiercellen. Deze cellen sterven af, en de stoffen uit deze cellen, waaronder troponine T, worden afgescheiden. Door te meten hoeveel troponine T er aanwezig is in het bloed, kan worden vastgesteld of iemand een hartaanval heeft gehad of niet. Dit is belangrijk voor het in gang zetten van de juiste behandeling.
Het was al bekend dat het beoefenen van intensieve, langdurige duursporten zoals (ultra)marathons en triatlons kunnen leiden tot hogere waarden van zulke biomarkers. Soms worden de waarden zo hoog dat het lijkt op wat gemeten wordt bij een hartaanval. Maar omdat het om elite-sporters zullen artsen die diagnose niet snel stellen. Het was echter nog nooit bepaald of dit soort effecten ook optreden bij gewone recreatieve sporters. De onderzoekers onderzochten dit verschijnsel nu bij 10 jonge, gezonde mannen en vrouwen, met behulp van een veel beoefdende sport: spinning.
Voor en na een spinning-sessie van een klein uurtje werd bloed afgenomen bij de proefpersonen. De onderzoekers de bloedwaarden vlak voor en vlak na het sporten. Het bleek dat inderdaad het niveau van onder andere het hartenzym troponine T enorm was toegenomen, bij twee mensen zelfs zó hoog dat het boven het niveau van een hartaanval uit kwam. Deze mensen voelden zich echter kiplekker. Dezelfde meting werd 24 uur later nog eens werd gedaan, en bij de sporters was er geen verschil in bloedwaarden meer te zien vergeleken met voor het sporten. Echter, bij mensen met een hartaanval zijn er tot 1-2 weken later nog steeds verhoogde waardes te zien.
Dit is een groot verschil waar artsen op moeten letten bij het stellen van een diagnose, zeker nu blijkt dat bij gewone, recreatieve sporten, waar veel mensen aan deelnemen, al hoge waarden van hartenzymen te meten zijn. De onderzoekers pleiten dus voor een voorzichtige diagnose, en raden artsen aan om ook andere biomarkers te meten, die niet veranderden tijdens het experiment. Anders hebben we straks duizenden extra hartpatiënten per jaar.
Dit artikel verscheen in de Tribune, het clubblad van triatlonvereniging GVAV te Groningen
Wanneer iemand met hartklachten bij de dokter komt, worden van een aantal stoffen (biomarkers) in het bloed, onder andere van het hartenzym troponine T, de niveaus gemeten. Wanneer iemand een hartaanval heeft gehad, ontstaat er onherstelbare schade aan hartspiercellen. Deze cellen sterven af, en de stoffen uit deze cellen, waaronder troponine T, worden afgescheiden. Door te meten hoeveel troponine T er aanwezig is in het bloed, kan worden vastgesteld of iemand een hartaanval heeft gehad of niet. Dit is belangrijk voor het in gang zetten van de juiste behandeling.
Het was al bekend dat het beoefenen van intensieve, langdurige duursporten zoals (ultra)marathons en triatlons kunnen leiden tot hogere waarden van zulke biomarkers. Soms worden de waarden zo hoog dat het lijkt op wat gemeten wordt bij een hartaanval. Maar omdat het om elite-sporters zullen artsen die diagnose niet snel stellen. Het was echter nog nooit bepaald of dit soort effecten ook optreden bij gewone recreatieve sporters. De onderzoekers onderzochten dit verschijnsel nu bij 10 jonge, gezonde mannen en vrouwen, met behulp van een veel beoefdende sport: spinning.
Voor en na een spinning-sessie van een klein uurtje werd bloed afgenomen bij de proefpersonen. De onderzoekers de bloedwaarden vlak voor en vlak na het sporten. Het bleek dat inderdaad het niveau van onder andere het hartenzym troponine T enorm was toegenomen, bij twee mensen zelfs zó hoog dat het boven het niveau van een hartaanval uit kwam. Deze mensen voelden zich echter kiplekker. Dezelfde meting werd 24 uur later nog eens werd gedaan, en bij de sporters was er geen verschil in bloedwaarden meer te zien vergeleken met voor het sporten. Echter, bij mensen met een hartaanval zijn er tot 1-2 weken later nog steeds verhoogde waardes te zien.
Dit is een groot verschil waar artsen op moeten letten bij het stellen van een diagnose, zeker nu blijkt dat bij gewone, recreatieve sporten, waar veel mensen aan deelnemen, al hoge waarden van hartenzymen te meten zijn. De onderzoekers pleiten dus voor een voorzichtige diagnose, en raden artsen aan om ook andere biomarkers te meten, die niet veranderden tijdens het experiment. Anders hebben we straks duizenden extra hartpatiënten per jaar.
Dit artikel verscheen in de Tribune, het clubblad van triatlonvereniging GVAV te Groningen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten