vrijdag 26 augustus 2011

Festival-wetenschap

Het weer mag dan goed tegenzitten, volgens de kalender is het zomer en dat betekent festival- en evenemententijd. Van Oerol tot dorpsbraderie, overal worden grote en minder grote festivals georganiseerd, vaak rond een thema van muziek of theater. Maar er lijkt een bijzondere trend gaande: de laatste jaren zijn er op festivals ook steeds vaker wetenschappers te vinden. Wat doen stoffige nerds nou tussen de bierdrinkende feestgangers?


In sommige gevallen gebruiken onderzoekers de grote mensenmassa’s als onderzoeksobject. Bijvoorbeeld bij de Nijmeegse Vierdaagse, waarbij het onderzoek naar buikomvang van de wandelaars de landelijke media haalde. Ook worden festivals vaak als proeftuin gebruikt voor nieuwe producten en technieken. Zo barst het Groningse Noorderzon-festival van de duurzaamheidsprojecten zoals gerecycled papier en waterbesparing. Op Pinkpop, de Vierdaagsefeesten en kleinere festivals werd urine van de bezoekers uit de plaskruizen verzameld om er stikstof uit te kunnen winnen voor de productie van kunstmest.

Maar de echt nieuwe trend van de afgelopen jaren is wetenschap als primaire publiekstrekker. Er zijn festivals met wetenschap als hoofdonderwerp, zoals de Nacht van Kunst en Wetenschap en het Discovery Festival. Daarnaast zijn er theater- en muziekfestivals waar wetenschapspaviljoens verschijnen, zoals Qu3 op theaterfestival Noorderzon en Llowlab op Lowlands. De boodschap? Wetenschap is leuk! Iets waar je daadwerkelijk van kunt genieten tijdens een avondje uit!


Waarom deze popularisering? Is het echt nodig dat de wetenschapper naar de festivalbezoeker komt? Wil de Lowlandsbezoeker lastig gevallen worden met informatie over een duurzaam huis? Zit de theaterliefhebber op Noorderzon te wachten op informatie over chromosomen? Onderzoekers en organisatoren doen hun best om het vooral “leuk” te maken; en dus worden controverses en onderbroekenlol (letterlijk) niet geschuwd. Op Lowlands kun je je vuile onderbroek inruilen voor een schone van duurzaam katoen. Verder werd op het Discovery-festival in 2009 onderzocht hoe de alcohol uit enkele biertjes zorgt voor pijnbestrijding (dit onderzoek is trouwens echt gepubliceerd, dus zo onserieus was het dus blijkbaar niet). Op de Groningse Nacht van Kunst en Wetenschap kon je speeddaten met wetenschappers en je eigen DNA laten isoleren. Met andere woorden: het moet allemaal niet té serieus worden.


Het festival lijkt dus een prima platform voor wetenschapscommunicatie met een knipoog. De bezoekers zijn in een goede stemming (al of niet veroorzaakt door wat alcoholische versnaperingen), komen uit nieuwsgierigheid een kijkje nemen en zo kunnen makkelijk veel mensen bereikt worden. Maar werkt het wel? Leiden deze activiteiten inderdaad tot meer studenten voor de beta-opleidingen en meer draagvlak voor onderzoek? Moeten we wetenschap wel behandelen als een goede film, waar je van kunt genieten met een biertje en een bakje borrelnootjes erbij?


Populair is het in ieder geval wel: De laatste edities van het Discovery-festival en de Nacht van Kunst en Wetenschap waren uitverkocht; je eigen DNA laten isoleren is nog steeds een grote hit; voor het wetenschapspaviljoen op Noorderzon stonden vorig en dit jaar dagelijks lange rijen. En het publiek is over het algemeen laaiend enthousiast. Of er ook echt meer studenten geworven worden, dat is lastig te meten omdat er veel factoren zijn die studiekeuze beïnvloeden. Maar onbekend maakt onbemind, en als door zulke activiteiten jaarlijks enkele duizenden mensen de leuke kant van de wetenschap zien, is er hopelijk een percentage dat daar ook werkelijk wat mee doet.


Sommigen onder u zullen vinden dat het niet té populair moet worden. Als wetenschap alleen leuk en spannend mag zijn, kom je namelijk al gauw op demonstraties van en informatie over toegepast onderzoek. Fundamenteel onderzoek laat zich namelijk een stuk moeilijker vertalen naar een groot publiek. Een robot is leuker om te laten zien dan de fundamentele wiskunde die erachter zit. Dat klopt. Maar is dat erg? Het is en blijft een festival. Daar presenteer je iets dat vermaakt. De muzikant gaat immers ook geen saaie oefeningen ten gehore brengen, maar voert het eindproduct van die uren studeren uit.


Ook bij wetenschap geldt dat lang en hard werken nodig is om een toepasbaar resultaat te behalen. Dat begint bij saai labwerk, en eindigt bij een robot op Mars. Deze processen duren decennia en alleen het eindproduct is zichtbaar. Maar bezoekers snappen heus wel dat ieder beroep zijn leuke en minder leuke kanten kent. Als wetenschap zichzelf een beetje wil verkopen, kun je dus beter een fluorescerende vis laten zien dan een dik tekstboek over het kloneren van genen.

Dit artikel verscheen op wetenschapsblog Sciencepalooza en op de website van Volkskrant Opinie