Iedere journalist weet het: schrijf iets over seks (of iets wat in de verte te maken heeft met seks) en je artikelen zullen (zeker op het internet) veel gelezen worden. Dit gaat helaas ook op in de wetenschapsjournalistiek, waardoor serieus onderzoek vaak met een spannend seksueel sausje wordt overgoten om er een leuk verhaal van te maken.
Er wordt veel onderzoek gedaan naar seksueel gedrag bij dieren, ook naar relaties tussen dieren van dezelfde sekse. Evolutionair biologen willen graag weten waarom zulk gedrag bestaat, en wat de rol hiervan is in de evolutie. Natuurlijk is dit soort onderzoek voor een algemeen publiek ook interessant, en wordt erover geschreven in populaire media, maar hierbij worden vaak woorden gebruikt als lesbisch, homoseksueel of transgender gedrag. Dit zijn echter culturele begrippen die helemaal niet van toepassing zijn op dieren. Twee biologen uit Engeland en Australië roepen nu in het tijdschrift Nature (wetenschaps)-journalisten én wetenschappers op om voorzichtiger te zijn met woordgebruik bij studies naar seksueel gedrag bij dieren. Ze analyseerden 48 artikelen uit populaire media over 11 wetenschappelijke studies naar seksueel gedrag bij dieren om dit te onderstrepen.
Eén studie, bijvoorbeeld, schreef over de worm Caenorhabditis elegans, en hoe een bepaald gen de zenuwcellen die seksueel gedrag van de mannetjes kan veranderen. Het populaire artikel hierover beschreef hoe “seksuele voorkeur in wormen genetisch is bepaald” en hoe “dit met een genetische switch om te draaien is”. Dit is niet alleen een overdreven interpretatie, het is ronduit fout omdat 99,9% van deze wormen hermafrodiet zijn – zowel mannelijk als vrouwelijk – en er dus van seksuele oriëntatie überhaupt geen sprake is.
Een ander voorbeeld gaat over “homoseksuele” schapen, waarbij in de wetenschappelijke studie gekeken werd naar de hersenenactiviteit van rammen die seksueel gedrag vertoonden ten opzichte van andere mannelijke schapen. Met pakkende titels als “Brokeback Mutton” werd het algemene publiek echter een verhaal voorgeschoteld waarin het onderzoek werd beschreven als een poging om homoseksualiteit te genezen. Hier moeten we in Nederland natuurlijk om lachen, maar in de Verenigde Staten is een flinke rel uitgebroken tegen de wetenschappers die dit onderzoek deden.
Het ligt echter niet alleen aan de journalisten die een pakkende titel willen zoeken, ook de wetenschappers zelf hebben hier veel invloed op. Een biologe die onderzoek doet naar het paargedrag van albatrossen weigert pertinent antwoord te geven op de vraag wat haar onderzoek kan zeggen over menselijk gedrag. Ook werd ze vaak geciteerd door te zeggen dat “lesbisch” een menselijke term is. Als gevolg hiervan gebruikte journalisten vaker termen als “same-sex-couples” in plaats van “lesbisch”.
De schrijvers van het stuk keken voornamelijk naar teksten in Engelstalige media, maar ook in Nederland kunnen we hier wat van, zoals blijkt uit artikelen als “wetenschappers maken hetero-muis lesbisch” en over een “homoseksuele relatie van de zebravink”. Dit antropocentrisch gedrag geeft een verkeerd beeld van gedragsonderzoek bij dieren, en zowel journalisten als wetenschappers moeten dit afleren, aldus de schrijvers van het stuk in Nature. Daar hebben ze gelijk in, maar ik vind stiekem “Brokeback Mutton” wel erg goed gevonden…
Bron: Science Journalism, let’s talk about sex – Andrew B. Baron and Mark J.F.Brown:http://www.nature.com/nature/journal/v488/n7410/full/488151a.html
Dit stuk verscheen eerder op Sciencepalooza
Dit stuk verscheen eerder op Sciencepalooza