zondag 30 mei 2010

Alle ziektes zijn erfelijk…?

Op de open dag van het Universitair Medisch Centrum Groningen deed de afdeling Genetica een onderzoek onder bezoekers naar wat mensen weten over erfelijkheid. We vroegen bij welk deel van de humane ziektes men dacht dat erfelijkheid betrokken was: 0-20%, ongeveer 50% of 80-100%. Bijna eenderde van de ondervraagden dacht dat erfelijkheid bij slechts een klein deel van de ziektes een rol speelt, de helft van de ondervraagden dacht dat bij ongeveer de helft van de ziektes het geval is (kijk hier voor de uitslag). De werkelijkheid is echter, dat bij bijna alle aandoeningen erfelijkheid een rol speelt…

Dat genen een rol spelen bij borstkanker, reuma, suikerziekte en hoge bloeddruk is algemeen bekend, maar bijna niemand wist te antwoorden dat het risico op het krijgen van ziektes als AIDS, griep en tuberculose ook erfelijk bepaald kan zijn. Aangezien deze ziektes worden veroorzaakt door een virus of een bacterie, lijkt het logisch dat pech en weerstand op het moment van blootstelling bepalen of iemand zo’n ziekte oploopt. Toch blijken kleine variaties in het DNA wel degelijk een rol te spelen bij de kans op het krijgen van infectieziektes.

AIDS

Bij AIDS is bijvoorbeeld bekend dat er bepaalde personen zijn, “elite controllers” genoemd die wel geïnfecteerd zijn met het HIV-virus, maar waarbij het optreden van de ziekte lang op zich laat wachten. Deze personen hebben vaak een bepaalde variant van het gen HLA, HLA-B57. Human Leukocyte Antigens (HLA)-moleculen zijn betrokken bij het herkennen en uitschakelen van ziekteverwekkers. Deze bevinden zich aan de buitenkant van cellen en presenteren stukjes virus of bacterie aan de “killer-T-cellen”, die vervolgens geïnfecteerde cellen doodmaken. De T-cellen moeten ziekteverwekkers herkennen, maar niet aan zogenaamde ‘zelf-peptides’ binden, omdat ze dan lichaamseigen cellen afbreken wat kan leiden tot auto-immuunziektes. Mensen met dit beschermende HLA-B57-gen blijken vaker deze auto-immuunziektes te ontwikkelen. Een groep onderzoekers uit Boston vermoedde een connectie tussen deze twee observaties. Ze gebruikten een computeralgoritme en wisten te voorspellen dat HLA-B57-moleculen een bredere activiteit hebben. Vervolgens testten zij hun theorie in 1900 HIV-geïnfecteerde patiënten waarvan 1100 met het HLA-B57-gen, en het bleek dat de ernst van de ziekte inderdaad verband hield met de bindingscapaciteit van HLA-moleculen (klik hier voor het paper in Nature, zie ook hier) Door de bredere activiteit van T-cellen van mensen met het HLA-B57-gen kunnen cellen geïnfecteerd met het HIV-virus waarschijnlijk beter in bedwang gehouden worden.

Malaria, tuberculose en bloedvergiftiging

Ook bij de vatbaarheid voor infectieziektes kunnen genen een rol spelen. Dit ontdekten onderzoekers uit Oxford en Singapore bij een studie naar malaria, tuberculose en bloedvergiftiging onder 8000 personen uit Afrika en Azië. Ze bestudeerden het gen CISH dat een rol speelt bij de reactie van het immuunsysteem op binnengedrongen ziekteverwekkers. In dit gen vonden ze 5 kleine variaties die Single Nucleotide Polymorphisms (SNPs) genoemd worden. Dit zijn variaties van 1 letter van het DNA die niet direct leiden tot ziektes maar wel de kans op het krijgen van een ziekte kunnen beïnvloeden. Mensen met een bepaalde combinatie van deze SNPs in het CISH gen bleken 18% meer kans te hebben op het krijgen van een infectieziekte dan mensen die een op diezelfde plaats in het gen een andere letter hadden.

Dus, er is zeker erfelijkheid betrokken bij ziektes die veroorzaakt worden door virussen en bacteriën. Het is vast geen toeval dat sommige mensen ieder jaar een flinke griep krijgen, terwijl anderen hooguit een dagje verkouden zijn… Kortom, bijna alle ziektes zijn erfelijk!

Dit artikel verscheen oorspronkelijk op wetenschapsblog Sciencepalooza